vrijdag, oktober 20, 2006

perpetuum mobile

Mijn hart heeft honderd kamers.
Ik loop de gangen door, doelloos. Ik weet niet meer wat ik zoek. Ik dwaal. Het gebeurt me de laatste tijd wel vaker. Gericht ga ik op zoek, maar steeds dwaal ik verder af van wat ik zocht.
Kamer na kamer. Het stof waait op, witte lakens bedekken de meubels. Papier aan de muren, het laat los in de hoeken, en op de plaats waar eens gezichten van op foto's de kamer in blikten is het papier minder vaal dan elders. Veel foto's zijn verdwenen, herinneringen verkruimelen tot stof en bedekken de vloer. Ik laat sporen na.
Veel kamers zijn verlaten. De bewoners zijn verdwenen maar ze hebben hier nog steeds hun plaats. Hun geest zwerft rond en als ik stil ben hoor ik hun stemmen. Het gelach en het klinken van de glazen. Woorden van liefde en woorden van haat. Woorden van spijt. Gefluister. Ik voel de warmte van zo vele lichamen. Naakte huid op naakte huid. De intimiteit van het samen zijn, het delen en het geven. Handen verstrengeld, het zoeken naar elkaar en lippen die vinden. Gulzig. Lust of liefde, maar zelden beide.
Ik zet me neer in het stof van mijn verleden en sluit mijn ogen in een rode waas. Gezichten doemen op. Plaatsen, namen en datums. Helder soms, onsamenhangend op andere momenten. Er zijn geen verbanden meer, geen context. Alles loopt door elkaar en ik vraag me af ik hier ooit wel iemand gewoond heeft. Verbeelding en wens. Personen vloeien naadloos over in elkaar. Ik construeer een droom van eigenschappen en ideeën. Ik vorm een vals beeld dat in duizenden scherven uiteen valt bij de minste aanraking. Ik snij mezelf als ik wanhopig de waarheid die ik niet wil zien probeer te verdoezelen
Ik ren de gangen door, loop trappen op en af, kamer in, kamer uit. Op zoek naar dingen die niet meer bestaan. Op zoek naar jou, op zoek naar haar, op zoek naar zand dat door mijn handen glijdt. De tijd staat stil en is niets wat het lijkt. Afgesloten kamers met spoken. Kijk eens onder je bed. Dingen die ik niet meer wil zien. Schimmen van gebroken trots, hier huist de reus van de schaamte. Hou de deur dicht, laat hem niet naar buiten! De kelderdeur vertoont hout op de plaatsen waar de verf verdwijnt. Ik ken de geur van de donkerste krocht, van vocht en van vrees. Door de deur, de trap brokkelt af, hier is het gevaarlijk. Beneden zijn nog duizend deuren, stevig afgesloten, duizend angsten sluimeren. Ik kijk even in de duisternis en sluit de deur. Hier wil ik niet zijn.
Er zijn plaatsen waar ik met regelmaat kom. Geen stofje ontsiert de vloer, kaders hangen netjes aan de muur. De zetels zijn comfortabel, ik zink weg en sluit mijn ogen. Geen vloedgolf van herinneringen, maar een gestage stroom van beelden en geluiden. Twee lichamen in de donkere kou van een winternacht, onze adem laat witte wolkjes na op een met sterren bezaaide achtergrond. Ik plooi me om haar en bescherm haar tegen de kou. We kruipen in elkaar op zoek naar warmte. Ik begraaf mijn gezicht in haar donkere krullende haar en snuif de geur op. Ik kus haar boven op je hoofd. Ze draait zich om en kijkt me aan. Gestolen kussen. De waarheid van een ver verleden, het antwoord op een vraag.
Een zacht vuur brandt in de kamer, de warmte is aangenaam. Het vuur brandt al zolang ik haar ken, gevoed door een oneindige brandstof. Het perpetuum mobile van de liefde.
Mijn hart heeft honderd kamers. De deur staat open, er is altijd nog wel een kamer vrij voor iemand zoals jij. Kom binnen als je wil. Ik koop je nieuwe meubels naar jouw smaak, ik kook voor jou als je dat wil. Ik vraag je honderuit maar leg je vinger op mijn lippen als je wil dat ik zwijg. De prijs die je betaalt blijft gelijk, al blijf je je hele leven of al blijf je voor één nacht. Je krijgt de ruimte, je mag vertrekken als je dat wil. En als je terug komt in het donkerste van jouw nacht brandt er een zacht vuur in je kamer, de warmte is aangenaam.

1 Comments:

Anonymous Anoniem said...

hoi peter,

hierbij nog eens een poging om iets te posten, want gisteren lag het systeem blijkbaar plat, en mijn zo naarstig getikt commenteer ging jammerlijk verloren in de wilde golven van het world wide web, lost for eternity...

anyway, mijn comment kwam ongeveer op het volgende neer: dit stukje magistrale zelfreflexie is wel euh magistraal dus. de treffende vergelijking die je gebruikt van je hart die uit honderden kamers bestaat, de manier waarop je sfeer schept - zowel koud als warm - is echt heel treffend. de vage indrukken uit het verleden die rondzwerven in het huis van je hart, de losse herinneringen, de subtiele details... Heel mooi allemaal...

Trouwens, ik weet niet of je je wel eens bezighoudt met vreemde zaken zoals dromenencyclopedieën doorworstelen, maar de vergelijkingen die je hier gebruikt kloppen ook: in dromen staat het huis voor je eigen ziel, deuren en kamers voor de verschillende aspecten en fasen ervan, spoken staan voor het verleden en die karaktereigenschappen van jezelf waar je geen vrede mee kan nemen, of die je probeert te verbergen...

19 november, 2006 12:41  

Een reactie posten

<< Home